Beloeil

Filed Under (Deel 4, Henegouwen) by

Tagged Under : , , , , , , , ,

vknk_beloeilBeloeil, het antieke «Balliolum» (= versterkte plaats), op de Romeinse heirbaan van Bavai, moet al heel vroeg in de geschiedenis een baronie geweest zijn. Beloeil was eertijds een leen (later pairschap) van het graafschap Namen en in 1146 zou Nicolas de Condé er al een kasteel hebben bewoond. Door het huwelijk van Jeanne de Condé met Fastré de Ligne — in 1306 — kwam Beloeil in het bezit van de illustere familie de Ligne, die het kasteeldomein tot op vandaag kon behouden. Vanaf Heirbrand de Ligne — de oudst gekende vertegenwoordiger — hebben de de Ligne’s zich altijd onderscheiden bij alle belangrijke gebeurtenissen in de geschiedenis van het Westen.

…/…

Michel de Ligne, oudste zoon van Fastré, die zijn vader opvolgde in 1337, was een echte vechtjas. Hij nam niet alleen deel aan alle toernooien die er ingericht werden, maar was tevens terug te vinden op alle slagvelden uit zijn tijd, zelfs tot in Schotland toe. Eén dezer veldslagen werd hem noodlottig, hij sneuvelde in 1345 in de Slag van Staveren (Stavoren), tegen de Friezen. Michel I de Ligne was getrouwd met zijn nicht Anne d’Antoing, vrouwe van Briffoeil, dochter van Wéry d’Antoing. Zij schonk hem één zoon: Michel II.

Michel II de Ligne, grootbaljuw van Henegouwen, enz., erfde in 1345 alle titels en eigendommen van zijn vader. Hij huwde met Eléonore de Coucy, oudste dochter van Philippe de Coucy, burggraaf van Meaux, enz., en van Jeanne de Cany. Michel II de Ligne had één wettige dochter, Eléonore de Ligne, die echter jong stierf. Per testament benoemde hij zijn oom Willem tot universeel erfgenaam.

…/…

Antoon I de Ligne, bijgenaamd «de grote duivel» (door zijn stoutmoedige heldhaftigheid), was net 18 jaar toen hij — na de dood van zijn vader — in het bezit kwam van een ontzaglijk fortuin en een groot aantal aanzienlijke en uitgestrekte heerlijkheden. Antoon I de Ligne was een knap diplomaat, die onderhandelde met Margaretha van Oostenrijk, Hendrik VIII van Engeland; enz., en zoals prins Albert de Ligne het in zijn werk «Histoire généalogique de la Maison de Ligne» uitdrukt :

  • «Een opvallende verschijning, deze edelman, vergezeld van een landsknecht, die de hand van zijn heerseres en weldoenster kust maar eist dat zij hem gelijk geeft; die wel wil dienen maar op wiens tenen men niet moet trappen; die steden inneemt in galop! Hij staat op moed en rechtvaardigheid. Bovendien is hij een goed jager en een uitstekend schutter. De ijzeren vogel die hij met de kruisboog neerhaalde en die op de lijst van zijn portret prijkt is een bewijs van zijn vaardigheid; zijn twee natuurlijke dochters een bewijs van zijn amoureuze avonturen …».
…/…
Claude-Lamoraal I, prins de Ligne (18 oktober 1618 — 21 december 1670), prins van Amblise, Epinoy en van het Heilig Roomse Rijk; ridder in de Orde van het Gulden Vlies; enz., was een schitterend diplomaat maar ook een ervaren krijgsman, die zijn mannetje stond in diverse veldslagen. Op 14 mei 1643 huwde hij — met pauselijke dispensatie — met Maria-Clara van Nassau-Siegen, weduwe van zijn broer prins Albert-Hendrik. In dat huwelijk werden elf kinderen geboren:
  • — Hendrik-Ernest, die volgt;
  • — Nicolaas, overleed als baby;
  • — Françoise-Lamberte, stierf op 10 juni 1647, 6 maanden oud;
  • — François-Albert, stierf — 1 jaar oud — op 1 februari 1650;
  • — Claire-Louisa (+ 1684), huwde met Raimondo de Lancastro y Portugal (+ 5 november 1665), hertog van Aveiro, Torres Nueves en Ciudad Real; markies van Maste-Major; enz.,
  • …/…

Het kasteel van Beloeil heeft herhaaldelijk belangrijke veranderingen ondergaan, waardoor het gaandeweg zijn middeleeuws uitzicht en verdedigingskenmerk verloor; tenslotte werd het geheel grondig gemoderniseerd. De oprichting van het majestatische kasteel van Beloeil moet een hele tijd in beslag genomen hebben en de bouw werd voltooid met de oprichting van de twee vrijstaande zijvleugels.

De linkervleugel — die als koetshuis dienst deed — heeft aan de voorzijde een fronton — voorzien van het jaartal 1682 — met, in reliëf, het wapen van Maria-Clara van Nassau (Brussel 7 oktober 1621 — Beloeil 1695), prinses de Ligne, enz.

De rechtervleugel, waarin vroeger de paardestallen waren ondergebracht (en waarin later de prachtige O.-L.-Vrouwekapel werd ingericht), werd in 1699 door haar zoon, prins Hendrik-Ernest (1644-1702), voltooid.

Op 14 december 1900 werd het kasteel verwoest door een hevig uitslaande brand, die enorme schade aan het gebouw aanrichtte. Het prachtig meubilair en de kunstverzamelingen (schilderijen, boeken, kunstvoorwerpen, enz.) konden gelukkig grotendeels gered worden, dankzij de buitengewone hulpvaardigheid van de plaatselijke bevolking, die zeer gehecht was aan haar prinsen.

De beide zijvleugels bleven gevrijwaard van zware brandschade en zij zijn dan ook de enige autentieke overblijfselen van het monumentale geheel dat Beloeil was op het einde van de 17de eeuw. In 1901 werd het kasteel herbouwd — op hetzelfde grondplan, maar moderner — door de Parijse architekt Sanson.

Het kasteelinterieur is buitengewoon rijk aan meubelen, schilderijen, kunstvoorwerpen, e.d., een interieur, een vorst waardig! Ook de tuinen van Beloeil — terecht het «Belgische Versailles» genoemd, zijn een buitengewone streling voor het oog en een bezoek overwaard.

Veel meer over Beloeil, door kasteel-o-loog Paul Arren,  is te vinden in deel 4 van de reeks “Van Kasteel naar Kasteel”.

Kasteel de Ligne

Filed Under (Deel 6, Henegouwen) by

Tagged Under : , ,

vknk_antoingIn de 11de eeuw is er reeds sprake van een heer van Antoing, gehuwd met Flandrine, een dochter van Godfried van Namen. Hun oudste zoon en opvolger, Hugo I, heer van Antoing en Epinoy, huwde met Ancilide de Wavrin, waarna hun zoon, Hugo II — in 1191 getrouwd met Agnès de Baudour — de volgende heer van Antoing werd. Allard van Antoing, zoon en opvolger van Hugo II, werd op zijn beurt opgevolgd door zijn oudste zoon, Hugo III van Antoing, die deelnam aan de Vijfde Kruistocht. Zijn zoon, Hugo IV van Antoing, huwde eerst met Sibille van Wavrin en hertrouwde, na haar dood, met Isabeau de Bethune. Uit het eerste huwelijk stamde Hugo V van Antoing, heer van Quinci vanaf 1265, provoost van Douai, enz., getrouwd met Isabeau van Buggenhout, die haar gemaal twee zonen schonk: Hugo VI, die volgt, en Henri van Antoing, ridder; heer van Buggenhout; enz., aan de zijde van de graaf van Henegouwen gedood, in 1345, in de Slag van Staveren.

Hugo VI van Antoing trouwde met Maria Vilain, burggravin van Gent; vrouwe van Edingen, Sotteghem; enz., en dit echtpaar zorgde voor twee kinderen :

  • Hugo VII, die jong stierf; en
  • Isabeau (+ 1354), die eerst met Hendrik van Leuven, heer van Herstal, Gaasbeek, enz., huwde en na diens dood hertrouwde met Alfons van Spanje, troonpretendent van Castilië, enz., die echter reeds in 1327 stierf. In 1329 hertrouwde Isabeau met Jan, burggraaf van Melun (+ 1347).
  • …/…
    De familie de Ligne met het kasteel van Beloeil als stamslot, bezat nog verschillende kastelen, o.a. : Moulbaix in Namen, Neuville in Luik, Les Croisettes te Suxy in Luxemburg, enz. De genealogie de Ligne kwam voor bij de bespreking van kasteel van Beloeil (Van Kasteel naar Kasteel — deel 4), die we hier niet herhalen. Voor Antoing vatten we de draad op bij de tweede tak van de familie, die begint met prins Charles-Joseph de Ligne, oudste van vier kinderen uit het derde huwelijk van prins Eugeen de Ligne (1804-1880) met Hedwige, prinses Lubomirska.

    Meer over dit kasteel in deel 6 van de reeks “Van Kasteel naar Kasteel” door kasteel-o-loog Paul Arren.

    Kasteel Aigremont

    Filed Under (Deel 1, Luik) by

    Tagged Under : , , , , , ,

    Naast het huidige kasteel van Aigremont stond vroeger een versterkte burcht. Van deze zware versterking blijven nog alleen de grondvesten over, met vier meter dikke muren, waarop later een hoeve werd opgetrokken.

    De burcht van Aigremont was eertijds de zetel van een omvangrijk adellijk erfgoed, dat afhankelijk was van het prinsbisdom Luik. Maar de leenmannen van Aigremont namen het dikwijls op tegen hun eigen leenheer, de prinsbisschop van Luik, die zich dan ook dikwijls genoodzaakt zag Aigremont te belegeren en zijn vazal ter orde te roepen.

    vknk_ai

    …/…

    In oude legenden vindt men de naam Aigremont nauw verbonden met die van de hertog van Beuves, oom van de vier Heemskinderen, beroemd om hun strijd tegen Karel de Grote.

    Een historisch feit is de belegering van de burcht van Aigremont in 1241. De investituurstrijd — de strijd tussen het keizerlijk en het pauselijk gezag over het recht van investituur (de bevestiging van een nieuwbenoemde bisschop door het toereiken van een staf en een ring) — was nog niet uitgevochten. Otto von Eberstein, proost van Aken en gunsteling van Frederik II, was geïnstalleerd als prinsbisschop van Luik door Koenraad IV, zoon van Frederik II. De toenmalige paus, Gregorius IX, was niet geraadpleegd geworden en als tegenzet benoemde deze Willem van Savoye, een rivaal van Otto von Eberstein. Willem van Savoye overleed echter nog voor hij kon plaatsnemen op de bisschopszetel van Luik. De keuze van de paus en van de kanunniken van het Sint-Lambrechtskapittel viel tenslotte op Roeland van Thourotte, die werd ingehuldigd in de katedraal van Luik op Kerstavond van het jaar 1240. Alleen moesten de vertrouwelingen van Otto von Eberstein, die zich hadden teruggetrokken in de sterkte van Aigremont, nog verjaagd worden. De belegering van de burcht werd toevertrouwd aan de inwoners van Hoei (Huy), ter hulp geroepen door de wettige prinsbisschop van Luik, Roeland van Thourotte. Aigremont werd ingenomen en zwaar beschadigd.

    … lees verder in Deel 1 “Van Kasteel naar Kasteel” door Paul Arren.

    Chimay

    Filed Under (Deel 6, Henegouwen, kastelen) by

    Tagged Under : , , , , , , , , , , , , , , , , ,

    chimay_pzSamen met de abdij van Achel, Orval, Rochefort, Westvleteren (uitgeroepen tot “beste bier ter wereld”), Westmalle en het Nederlandse Koningshoeven met o.a. La Trappe vormen zij de enige echte trappistenbierfamilie op onze  aardbol. Bezoek ook eens hun site:  www.chimay.com.

    Het kasteel Chimay ligt in het centrum van de gelijknamige plaats, in de verste uithoek van de provincie Henegouwen, op 25 km van Beaumont.

    Volgens een tekening uit 1608 maakte het kasteel van Chimay, gebouwd op een 16 meter hoge rots, deel uit van de stadsomwalling van Chimay, die geflankeerd werd door een twintigtal torens.

    Het oudste gedeelte van het kasteel, de donjon of meestentoren, stamt uit de 12de eeuw, maar werd grondig verbouwd rond 1600. Hij heeft een rechthoekige plattegrond van 15 op 10 meter en kalkstenen muren van drie meter dikte.

    Deze, strategisch goed gelegen, sterkte werd regelmatig het doelwit van belegeringen en liep dikwijls zware schade op. In 1340 kwam een Frans leger Chimay belegeren waarbij de stad en het kasteel grotendeels werden platgebrand. Chimay kreeg talrijke belegeringen te verduren in de 14de en 15de eeuw en ook later werd het kasteel niet gespaard. Op 15 april 1554 werd Chimay ingenomen door de troepen van Henri II, koning van Frankrijk; in 1578 deed het leger van don Juan van Oostenrijk hetzelfde en de maarschalk van Bouillon, op zijn beurt, nam in 1595 de versterkte stad en het kasteel in. Op 28 november 1637 nam de hertog de Candale — met 8.000 soldaten — Chimay in. Hij ontmantelde het kasteel en liet de twee noordelijke torens opblazen. Op 27 mei 1640 stond er weer een Frans leger voor de sterkte, die opnieuw ingenomen, geplunderd en gedeeltelijk verwoest werd en in het begin van de 18de eeuw kwam maarschalk de Villars het scenario nogmaals herhalen. Telkenmale werd het kasteel weer opgebouwd, maar door de vele belegeringen, verwoestingen en plunderingen gingen vele originele zaken, in en rond het slot, onherroepelijk verloren.

    chimay_in

    In totaal werd het kasteel van Chimay zevenmaal door brand geteisterd, meestal door oorlogsomstandigheden.
    De laatste keer dat de rode haan kraaide, gebeurde dat in de nacht van 6 op 7 mei 1935. Een geweldige brand zette het kasteel in lichterlaaie en alleen de donjon en het theater ontsnapten aan het vuur, maar de rest was één smeulende ruïne. Zestien maand na die fatale brand was de heropbouw van het kasteel — naar de plannen van Charles de Croÿ uit 1606 — voltooid, en voor de realisatie hiervan tekende de bekwame restaurateur Raymond Pelgrims de Bigard.

    Lees verder over de geschiedenis van Chimay en het kasteel van Chimay (15 pagina’s ) in Van Kasteel naar Kasteel deel 6″ door Paul Arren, met onder meer een uitgebreide omschrijving van de opeenvolgende eigenaren van Chimay en het kasteel van Chimay:


    Ernest-Alexandre-Dominique, prins de Ligne-de Croÿ-Chimay-Arenberg (26 december 1643 — Pamplona 3 juni 1686), prins van Chimay en van het Heilig Roomse Rijk; graaf van Beaumont en Fresin; baron van Komen en Halewijn; beer van Vlaanderen; pair van Henegouwen; goeverneur en kapitein-generaal van het hertogdom Luxemburg en het graafschap Chiny; vice-koning en kapitein-generaal van Navarra, Grande van Spanje van Eerste Klasse; ridder in de Orde van het Gulden Vlies; enz., trad in het huwelijk — in Madrid, in het koninklijk paleis, op 18 oktober 1675 — met donna Maria-Antoinetta de Cardenas Ulloa y Balda Zuniga y Velasco († Mechelen 28 augustus 1691), hofdame van de Spaanse koningin, enz. Het huwelijk van prins Ernest bleef kinderloos waarna het prinsdom Chimay in 1686 overging op zijn neef PhilippeLouis de Hennin-Liétard d’Alsace († 25 maart 1688), zoon van Eugène de Hennin-Liétard en van Anne-Isabelle de Ligne-Arenberg.
    Philippe-Louis de Hennin-Liétard d’Alsace, prins van Chimay; graaf van Boussu en Beaumont; burggraaf van Auxy; baron van Liedekerke en Beveren; ridder in de Orde van het Gulden Vlies; enz., huwde — in 1673 — met Anne-Louise-Philippine Verreycken († Mechelen 22 april 1729), barones van Impden, enz., énige dochter van Charles, baron Verreycken; baron van Impden; enz., en van Marguerite-Eléanore van Aarschot-Schoonhoven. In het huwelijk de HenninLiétard-Verreycken werden zeven kinderen geboren