Chimay

Filed Under (Deel 6, Henegouwen, kastelen) by

Tagged Under : , , , , , , , , , , , , , , , , ,

chimay_pzSamen met de abdij van Achel, Orval, Rochefort, Westvleteren (uitgeroepen tot “beste bier ter wereld”), Westmalle en het Nederlandse Koningshoeven met o.a. La Trappe vormen zij de enige echte trappistenbierfamilie op onze  aardbol. Bezoek ook eens hun site:  www.chimay.com.

Het kasteel Chimay ligt in het centrum van de gelijknamige plaats, in de verste uithoek van de provincie Henegouwen, op 25 km van Beaumont.

Volgens een tekening uit 1608 maakte het kasteel van Chimay, gebouwd op een 16 meter hoge rots, deel uit van de stadsomwalling van Chimay, die geflankeerd werd door een twintigtal torens.

Het oudste gedeelte van het kasteel, de donjon of meestentoren, stamt uit de 12de eeuw, maar werd grondig verbouwd rond 1600. Hij heeft een rechthoekige plattegrond van 15 op 10 meter en kalkstenen muren van drie meter dikte.

Deze, strategisch goed gelegen, sterkte werd regelmatig het doelwit van belegeringen en liep dikwijls zware schade op. In 1340 kwam een Frans leger Chimay belegeren waarbij de stad en het kasteel grotendeels werden platgebrand. Chimay kreeg talrijke belegeringen te verduren in de 14de en 15de eeuw en ook later werd het kasteel niet gespaard. Op 15 april 1554 werd Chimay ingenomen door de troepen van Henri II, koning van Frankrijk; in 1578 deed het leger van don Juan van Oostenrijk hetzelfde en de maarschalk van Bouillon, op zijn beurt, nam in 1595 de versterkte stad en het kasteel in. Op 28 november 1637 nam de hertog de Candale — met 8.000 soldaten — Chimay in. Hij ontmantelde het kasteel en liet de twee noordelijke torens opblazen. Op 27 mei 1640 stond er weer een Frans leger voor de sterkte, die opnieuw ingenomen, geplunderd en gedeeltelijk verwoest werd en in het begin van de 18de eeuw kwam maarschalk de Villars het scenario nogmaals herhalen. Telkenmale werd het kasteel weer opgebouwd, maar door de vele belegeringen, verwoestingen en plunderingen gingen vele originele zaken, in en rond het slot, onherroepelijk verloren.

chimay_in

In totaal werd het kasteel van Chimay zevenmaal door brand geteisterd, meestal door oorlogsomstandigheden.
De laatste keer dat de rode haan kraaide, gebeurde dat in de nacht van 6 op 7 mei 1935. Een geweldige brand zette het kasteel in lichterlaaie en alleen de donjon en het theater ontsnapten aan het vuur, maar de rest was één smeulende ruïne. Zestien maand na die fatale brand was de heropbouw van het kasteel — naar de plannen van Charles de Croÿ uit 1606 — voltooid, en voor de realisatie hiervan tekende de bekwame restaurateur Raymond Pelgrims de Bigard.

Lees verder over de geschiedenis van Chimay en het kasteel van Chimay (15 pagina’s ) in Van Kasteel naar Kasteel deel 6″ door Paul Arren, met onder meer een uitgebreide omschrijving van de opeenvolgende eigenaren van Chimay en het kasteel van Chimay:


Ernest-Alexandre-Dominique, prins de Ligne-de Croÿ-Chimay-Arenberg (26 december 1643 — Pamplona 3 juni 1686), prins van Chimay en van het Heilig Roomse Rijk; graaf van Beaumont en Fresin; baron van Komen en Halewijn; beer van Vlaanderen; pair van Henegouwen; goeverneur en kapitein-generaal van het hertogdom Luxemburg en het graafschap Chiny; vice-koning en kapitein-generaal van Navarra, Grande van Spanje van Eerste Klasse; ridder in de Orde van het Gulden Vlies; enz., trad in het huwelijk — in Madrid, in het koninklijk paleis, op 18 oktober 1675 — met donna Maria-Antoinetta de Cardenas Ulloa y Balda Zuniga y Velasco († Mechelen 28 augustus 1691), hofdame van de Spaanse koningin, enz. Het huwelijk van prins Ernest bleef kinderloos waarna het prinsdom Chimay in 1686 overging op zijn neef PhilippeLouis de Hennin-Liétard d’Alsace († 25 maart 1688), zoon van Eugène de Hennin-Liétard en van Anne-Isabelle de Ligne-Arenberg.
Philippe-Louis de Hennin-Liétard d’Alsace, prins van Chimay; graaf van Boussu en Beaumont; burggraaf van Auxy; baron van Liedekerke en Beveren; ridder in de Orde van het Gulden Vlies; enz., huwde — in 1673 — met Anne-Louise-Philippine Verreycken († Mechelen 22 april 1729), barones van Impden, enz., énige dochter van Charles, baron Verreycken; baron van Impden; enz., en van Marguerite-Eléanore van Aarschot-Schoonhoven. In het huwelijk de HenninLiétard-Verreycken werden zeven kinderen geboren

Fontaine

Filed Under (Deel 8, kastelen, Namen) by

Tagged Under : , , , , , , , , , , ,

fontaineKasteel Fontaine staat in Anthée, een gemeente in de provincie Namen, op ca. 12 km van Dinant, aan de weg van Dinant naar Philippeville.  Met de gemeentefusie van 1977 werd Anthée, samen met Falaën, Gerin, Serville, Sommière en Waillen bij Onhaye gevoegd.

Van 1863 tot 1872 werden in Anthée de overblijfselen opgegraven van een uitgestrekte Belgo-Romeinse villa, die in de derde eeuw van onze jaartelling vernield werd bij de invallen van de Barbaren. De site is waarschijnlijk de belangrijkste in ons land en de gebouwen besloegen een oppervlakte van meer dan 6 ha, zonder de aanpalende — door muren omringde — tuinen.

Op 23 augustus 1914, bij de nadering van de Duitsers, vluchtten de inwoners van Anthée gedeeltelijk naar de omliggende bossen, gedeeltelijk naar het buurdorp Surice. Op 24 augustus drongen de eerste Duitse soldaten het dorp binnen en begonnen de huizen te plunderen. De dag erop werd Anthée in brand gestoken, waarbij 71 van de 73 huizen in de vlammen opgingen. Acht grijsaards, die niet gevlucht waren, werden gefusilleerd. Verschillende vluchtelingen, die in de bossen een schuilplaats zochten, werden met geweerschoten omgebracht. In Surice werden alle inwoners, evenals de vluchtelingen uit Anthée, door de Duitsers naar een weide tussen Surice en Rommedenne geleid, waar de mannen van de vrouwen werden gescheiden. Zonder enig proces werden alle mannen boven de 40 jaar, in het bijzijn van hun echtgenotes en kinderen, koelbloedig doodgeschoten.

De voormalige heerlijkheid, of ban van Anthée, bezat de rechtsmacht in de drie graden. Filips IV stond in 1626 één vierde van de heerlijkheid af aan Gérard de Groesbeeck; het overige gedeelte ressorteerde onder het kasteel van Agimont, in het baljuwschap Bouvignes.

Michel de Fontaine, kasteelheer van Agimont; enz., had uit zijn eerste huwelijk met Alix de Baileux twee kinderen: Ponchelet en Jean. Zijn tweede huwelijk, met Marie de Sceuves, leverde eveneens twee kinderen op Michel II en Baudry. Teneinde eventuele onenigheid na zijn dood te voorkomen, regelde hij — op 3 juni 1275 — zijn erfenis met Jan I, graaf van Loon; heer van Agimont; enz., als getuige. Aan Michel II de Fontaine werd het slot van Anthée, samen met alle aanhorigheden en afhankelijkheden toegekend.

(Het boek omschrijft o.a. de chronologische opvolging van eigenaars)